Zingeven is kiezen. Het goede nieuws is dat het meestal gaat om een keuze uit niet meer dan twee mogelijkheden. Het slechte nieuws is dat dilemma’s nooit alleen komen. Een kleine kieswijzer.
In de tweede klas van de HBS bracht de lerares biologie grote veldboeketten mee en zette ons aan het determineren. Twee aan twee kregen we een bloem en een dikke flora in handen gedrukt. Aan de hand van de vragen in de flora moesten we zien te ontdekken wat we in handen hadden. Is de stengel rond of vierkant? Staan de bladen kruiswijs of kranswijs? Het is geen handekenskruid, ga door naar pagina 622.
Om te weten waar je uithangt met je levensbeschouwing, kun je zelf een soort flora van de zingeving bedenken. Iedereen kan dit zingevingspel met zichzelf spelen en zich de eigen dilemma’s bewust maken. Zo determineer je je eigen plekje. Je wordt geconfronteerd met een veelvoud aan mogelijkheden, maar tegelijk ontdek je waar je zelf voor staat. Of mee zit.
De vraag of je denkt dat God bestaat is een voor de hand liggende startvraag. Stel dat je ja zegt, dan volgt meteen de volgende keuze: Is God buiten jou of in jou? Als je kiest voor buiten, dan zou het volgende dilemma kunnen zijn: Is God een persoon of duid je God aan met onpersoonlijke termen? Als het een persoon is, is God dan een Hij of een Zij? Een Vader of een Moeder? Is God onpersoonlijk, dan is de vraag welke termen je zou kiezen om ‘het’ te omschrijven. Energie, Liefde, Essentie, Mysterie, Het Al?
Vervolgens, of je nu voor de persoonlijke of de onpersoonlijke God kiest: Is je relatie met God verticaal of horizontaal? Met andere woorden: zie je God als ver boven je of juist naast je? Een verwante vraag is of jouw God tot een geheel andere werkelijkheid behoort, of juist met jou deel uitmaakt van de ene ongedeelde werkelijkheid. En is jouw God benoembaar of juist niet te kennen? Oefent jouw God in je leven invloed uit, of merk je daar niet zo veel van? Hoe machtig is je God? Of is die juist kwetsbaar? Leidt God of lijdt God?
Ik roep natuurlijk maar wat. Iedereen die hier even tien minuten voor gaat zitten, komt vast en zeker met andere lijstjes. En dan heb ik het alleen nog maar over het godsbeeld. In de levensbeschouwelijke flora volgen nog heel veel hoofdstukken. Hoe verklaar je menselijk lijden? Gaat je levensbeschouwing uit van leven na de dood? Heb je één leven of meer levens? Heeft jouw visie consequenties voor je moreel gedrag? Weet jij hoe het zit, of ben je levenslang op zoek? Hoe typeer je je eigen levensbeschouwing? Heeft die een naam? Heb je een organisatie of institutie nodig om je kijk op het leven te praktiseren, of heb je aan jezelf genoeg? Ligt de nadruk in je levensbeschouwing op kennis of op ervaring? Hoe belangrijk zijn rituelen voor jou? Hebben andersgelovigen het volgens jou helemaal mis of bevat hun levensbeschouwing ook waardevolle inzichten?
Goed, ik stop, want het begint ook mij te duizelen. Als je je realiseert hoeveel opties er zijn, dan begrijp je niet dat het mensen lukt bij één duidelijke levensovertuiging uit te komen èn te blijven. Dat kan alleen als je een krachtige opvoeding hebt genoten. Of je hebt iets meegemaakt dat zo dramatisch was dat je voor eens en altijd de Waarheid hebt gezien. Of de groep waar je bij hoort heeft zo’n sterke sociale controle dat je gewoonweg niet beter weet. Of het is de enige manier om niet gek te worden van al die keuzes. Eh, sorry, dat was toch weer het begin van een keuzelijstje.
Nu ja, speel je eigen zingevingspel. En kies wijzer!
56-080814
NB In verband met spam worden reacties op columns in eerste instantie alleen door André Droogers gezien.