‘Er zijn geen grote verhalen en afgegrensde collectieven meer, maar open relaties tussen alle mogelijke knooppunten: individuen, organisaties, landen.’
Zo typeert Hans Boutellier onze samenleving in zijn recente boek ‘Het seculiere experiment: Hoe we van God los gingen samenleven‘ (p. 64). We leven in een netwerksamenleving, ook improvisatiesamenleving genoemd. Identiteit staat niet vast, maar verandert mee, ongeveer zoals een jazzmusicus al improviserend met de muziek mee gaat.
Even vertalen naar het thema van deze site, religie-macht-spel. Dat improviseren vergroot de speelruimte. ‘Van God los’ wil zeggen dat religie geen machtsfactor meer is in de inrichting van de samenleving. Volgens Boutellier redden we het ook zonder religie – lees: religieuze instituties. Religie is spiritualiteit geworden en stuurt de samenleving niet meer aan, zoals nog wel gebeurde in de tijd van de verzuiling. Het seculiere experiment lijkt geslaagd.
Wat betekent dit voor de kerken? Er zijn institutiekerken en improvisatiekerken.
Institutiekerken beantwoorden nog steeds aan het profiel van ‘grote verhalen en afgegrensde collectieven’. Ze vormen identiteitsburchten tegen de oprukkende improvisatiesamenleving. Deze kerken houden met hun leden eilandjes van het vorige type samenleving in stand, want die hoort bij deze vorm van kerk-zijn.
Improvisatiekerken sluiten aan bij de netwerksamenleving. Het gaat om kleine gemeentes, met een lage graad van institutionalisering. Voor zo’n kleine groep zijn er betrekkelijk veel activiteiten, met steeds een ander netwerkje. Daardoor kennen mensen elkaar goed en zien naar elkaar om. Buitenstaanders zijn welkom. Die komen af op de spiritualiteit. Behalve lid kun je ook vriend zijn. De zondagsdienst inspireert doordat vanuit de geloofstraditie gezocht wordt naar verantwoord leven in de improvisatiesamenleving. Geloofsidentiteit en godsbeeld veranderen gelijk op. Er worden alleen ‘kleine verhalen’ verkondigd.
Kijk, zo’n kerk wil ik wel. Religie met speelse betekenisgeving en weinig machtsgedoe.
Hee, verrassend, ‘mijn’ Doopsgezinde Gemeente Zeist heeft wel iets van zo’n improvisatiekerk! 🙂
112-101215
NB In verband met spam worden reacties op columns in eerste instantie alleen door André Droogers gezien.
Ook de Johanneskerk in Amersfoort is in veel opzichten eerder een improvisatiekerk dan een institutiekerk. Wel zijn de kerkleden erg gericht op de zondag. Activiteiten buiten het weekend zijn relatief minder populair.
Heel verrassend, André. Je conclusie zou best eens kunnen, althans in aanzet. Geldt ook voor de Walkartgemeenschap, denk ik, maar dan ook slechts in aanzet. Echter, de ‘eilandjes van het vorige type samenleving’ laten zich niet zomaar overstromen door de klimaatverandering waarin de grote verhalen ondergaan en alleen de kleine kunnen overleven. Ze zitten vaak stevig in de bodem verankerd. Dat geldt ook voor het Humanistisch Verbond, waar ik ook nog lid van ben. Er komen daar allang veel nieuwe verhalen en praktijken op, maar de terugval in het oude ‘houwdegenatheïsme’ is voor veel leden steeds weer verleidelijk.
Het leerhuis de Valkenburcht in Maarsbergen valt ook zeker in de categorie “Improvisatie”. Leren staat centraal in de zondagse diensten: “leren is veranderen!”. Het loslaten van de oude vertrouwde (??) waarden vergt inderdaad een nieuwe zienswijze. Woorden vertalen en getallen vertellen geeft een verrijking in plaats van verarming. Bedankt André dat je me weer aan het denken hebt gezet.