Taalkundigen formuleren de onderliggende regels van een taal. Sprekers van een moedertaal houden zich doorgaans zonder nadenken aan die grammatica. Ze wijken er ook wel van af. De Taalunie en het onderwijzend personeel waken over het correct gebruik, maar kunnen niets afdwingen. Uit het oude foute wordt het nieuwe correcte taalgebruik geboren. Mensen gebruiken het meervoud ‘media’ als enkelvoud – de media heeft… – en dat is al bijna gewoon.
De rol van de taalkundigen wordt in een religie gespeeld door theologen. Ze gaan uit van heilige boeken, de traditie en de praktijk. Zo komen ze tot grammatica’s van hun religie. Alleen noemen ze het dogmatiek of dienstboek.
Afhankelijk van de mate van orthodoxie ziet de geestelijkheid toe op het correct gebruik van dogma en ritueel. Vaak moeten nieuwe gelovigen aan toegangseisen voldoen. Maar meestal geloven aanhangers op eigen houtje en benutten ze hun speelruimte voor ketterse geloofsovertuigingen en -praktijken. Ze kunnen bijvoorbeeld bidden tot een geheel eigen god. Sommige theologen onderzoeken zulke nieuwe grammaticale vormen.
Taalkundige en romanschrijfster Kristien Hemmerechts voorspelde afgelopen weekend dat grammaticale regels die we nu belangrijk vinden, binnen enkele decennia compleet verdwenen zullen zijn. Hep se sgeinbaar so gesegt.
Vraagje: Gaat de voorspelling van Hemmerechts ook op voor religie?
209-220618
NB In verband met spam worden reacties op deze column in eerste instantie alleen door André Droogers gezien.
Dank je wel André, je hebt ons weer een originele column gestuurd. De parallel die je trekt tussen taal en religie, je zou kunnen zeggen tussen: “horizontale en verticale communicatie,” vind ik heel interessant. Je bent heel vindingrijk in je onderwerpen en geeft ook duidelijke voorbeelden; ofschoon ik de periode, waarin de taalontwikkeling naar jouw voorbeeld realiteit zou kunnen worden, niet meer hoop mee te maken…..!
Je vraagt of er ook op religieus gebied veranderingen zullen zijn, ook in regelgeving. `t Zal waarschijnlijk minder snel gaan dan op het gebied van de taal maar in de praktijk zijn er al veranderingen. De religieuze regelgeving verloopt door de – verregaande – zorgvuldigheid heel langzaam, maar ik heb, als 80 +, in de praktijk, al heel veel zien veranderen. En al worden veranderingen niet meteen vanaf de kansel verkondigd, ik heb ze wel – schoorvoetend – zien plaatsvinden. Als we alleen maar kijken naar wat er op oecumenisch gebied is gebeurd. De individuele geloofsbeleving is door de media sterk beïnvloed, omdat onze blik werd verruimd en onze inzichten veranderden. Ook de immigratie en onze kennismaking met andere godsdiensten en gelovigen zullen zeker van invloed zijn. Taal is levend en verandert en in het spel waar jij altijd van uitgaat André, het religieuze spel, moeten we ook de spelregels aanpassen, anders wordt het statisch. Hoe hard bepaalde leiders ook hun best doen het ons anders te laten geloven, het blijft mensenwerk. Laten we hopen dat de theologen, die zich om ons religieuze welzijn bekommeren, zich terdege in de veranderende wereld om hen heen verdiepen en de wijsheid bezitten om ook moeilijke beslissingen te durven nemen.
Nog eens dank voor de moeite die je altijd neemt om ons je inspirerende verhalen toe te zenden,
hartelijke groet,
Elisabeth.
Weer een interessante vraag. Nooit bij stilgestaan. Mijn vriendin uit Br. Columbia die hier logeerde sprak schande van de infiltratie van engels/amerikaans in de nederlandse taal. Daar zit ook een snel verdergaande toename in.
Persoonlijk struikel ik nog al eens over de nieuwe-Bijbelvertaling in de kerk, maar evenzeer over de Naardense. Ik denk dat we in de kerk vooral het besef zullen verliezen dat teksten liturgisch gelezen moeten kunnen worden, zoals dat van oudsher bedoeld was en ook plaatsvond. Dat kan wél met de Naardense, maar kun je daarmee de”buitenwereld” bereiken? De NBG-vertaling maakt dat liturgisch lezen vrijwel onmogelijk. Kennelijk ligt daaraan een duidelijke keuze ten grondslag om vóór alles verstaanbaar te zijn in deze tijd. Daar ben ik het mee eens, maar er wordt toch ook veel mee verloren, bv. de boventijdelijkheid van dat evangelie en in díe samenhang de functie van taal binnen de liturgie die de dragende “adem” is voor dat wat ons kennen te boven gaat. En ook dát besef lijkt me belangrijk!.
Hartelijke zomergroet,
Corry